In het IMO-project is naast evaluatieonderzoek ook onderzoek gedaan naar de voorwaarden voor succesvolle landelijke implementatie van het model van ontmoetingscentra (Dröes e.a., 2003; Osté & Dröes, 2004; Meiland e.a., 2005). Twaalf ontmoetingscentra in zes Nederlandse regio’s (Amsterdam, Amstelland en De Meerlanden, Groningen, Haarlem, Nieuwegein en Nijmegen) namen aan dit onderzoek deel. De resultaten zijn verwerkt tot tips voor het opzetten van nieuwe ontmoetingscentra (zie Draaiboek Ontmoetingscentra; Dröes, R.M. & Ganzewinkel, J.D. van, 3e herziene uitgave 2014).
Het Draaiboek Ontmoetingscentra geeft de basisinformatie die nodig is om een ontmoetingscentrum in een regio op te zetten. Daarnaast is het aan te bevelen enkele ontmoetingscentra te bezoeken en videofilms te bekijken over de Amsterdamse Ontmoetingscentra (klik hier) en andere ontmoetingscentra (films OC De Pijp, OC ‘t Zand, OC Kraka-e-Sewa, OC De Vijver) om een goed beeld te krijgen van wat de consequenties zijn van het opzetten van een ontmoetingscentrum.
Uiteraard dient de visie waarop het model Ontmoetingscentra is gebaseerd aan te sluiten bij de regiovisie en de lokale behoeften. In de verschillende fasen van het implementatieproces (voorbereiding, invoering, continuering) blijken andere factoren aanwijsbaar die de implementatie bevorderen dan wel belemmeren. Sommige factoren die in de ene fase bevorderend zijn (bijv. regionale wachtlijsten voor dagbehandeling) kunnen in een latere fase juist problemen opleveren (bijv. te beperkte doorstroming).
Comments are closed.